2.5 Ruimtelijke ontwikkeling

Wat heeft het gekost?

Financieel overzicht

bedrag x € 1.000

Rekening

Begroting 2020

Rekening 2020

Saldo

Programma

2019

Primitief

Lasten

Baten

Saldo

Lasten

Baten

Saldo

2020

0.3 Beheer overige gebouwen en gronden

-515

-761

5.088

4.830

258

3.861

5.051

-1.190

-1.448

0.63 Parkeerbelasting

-1.953

-2.689

398

2.007

-1.609

375

1.999

-1.624

-14

2.2 Parkeren

289

167

731

564

167

749

527

222

55

2.5 Openbaar vervoer

140

262

153

0

153

156

0

156

3

3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur

0

27

724

982

-258

738

1.002

-264

-6

8.1 Ruimtelijke ordening

2.777

2.889

5.325

2.391

2.935

6.325

2.742

3.584

649

8.2 Grondexploitatie (niet bedrijventerreinen)

-4.668

-3.384

2.697

6.922

-4.225

2.415

3.930

-1.515

2.710

8.3 Wonen en bouwen

635

1.047

3.689

3.477

212

3.269

3.584

-315

-528

Totaal saldo van baten en lasten

-3.295

-2.443

18.804

21.172

-2.368

17.888

18.834

-946

1.422

Reservemutatie

5.227

-1.089

3.141

5.163

-2.023

3.400

3.245

155

2.177

Resultaat

1.932

-3.532

21.944

26.335

-4.391

21.287

22.079

-792

3.599

0.3 Beheer overige gebouwen en gronden
Energiebesparende maatregelen (voordeel € 1.030.000)
Aan de lastenkant is er een voordeel van € 1.030.000 in verband met het onbesteed blijven van het budget voor energiebesparende maatregelen in 2020. Het budget is door uw raad in de Perspectiefnota aangemeld. In verband met Corona en de onzekere tijden heeft besluitvorming hierover in november 2020 plaatsgevonden. Mede hierdoor zijn de uitgaven in 2020 niet meer gerealiseerd.

Cobra Museum (voordeel € 50.000)
Voordeel van € 50.000 aan de lastenkant met betrekking tot het Cobra Museum. De planvorming hiervan is tijdelijk aangehouden in verband met een onderzoek naar de toekomstbestendigheid van het Cobra Museum. Dit onderzoek is recent afgerond, waarna planvorming weer is opgepakt.

In het collegevoorstel bij deze jaarstukken wordt via het beslispunt budgetoverheveling voorgesteld zowel genoemde € 1.030.000 als € 50.000 beschikbaar te houden voor 2021.

Kwijtschelding huurkosten (voordeel € 40.000)
Voordeel (€ 610.000) aan de lastenkant en nadeel (€ 570.000) aan de batenkant in verband met de kwijtschelding van huurkosten. Vastgoed brengt huur bij gebruikers in rekening. In 2020 is besloten om, als gevolg van de Coronapandemie, bij een deel van de gebruikers de huur kwijt te schelden. Financieel technisch is de kwijtschelding als correctie op de lasten gebudgetteerd, terwijl de kwijtschelding in de realisatie als correctie op de inkomsten is verantwoord conform BBV voorschriften.  

Onderhoud Vastgoed (voordeel € 412.000)
Aan de hand van de actualisatie van de voorzieningen meerjarig onderhoud vastgoed is gebleken dat de omvang van de voorziening beheer gebouwen en de voorziening onderhoud woonwagens meer dan toereikend is en dat er eenmalig € 412.000 kan vrijvallen uit de voorziening beheer ge-bouwen en de voorziening onderhoud woonwagens ten gunste van dit taakveld.

Startkoop (voordeel € 343.000)  
In het raadsvoorstel beleidsnotitie koopstarters (4 februari 2009) is besloten dat indien bij aankoop van tranches of bij de verkoop van de woning gelden naar de gemeente toevloeien deze, in afwachting van nadere besluitvorming over startersvoorzieningen, worden gestort in de bestemmingsreserve “Startkoop Amstelveen”. In 2020 zijn 26 Tranches en bijbehorend bloot eigendom verkocht. Verder is er 1 Tranche verkocht zonder dat de resterende Tranche en het bloot eigendom zijn afgenomen. Hierdoor heeft een storting plaatsgehad in de reserve Startkoop en Startersleningen van in totaal € 793.008. Ten opzichte van de raming is sprake van een voordeel van € 343.000.

Zetterij (nadeel €  200.000)
De grondverkoop van de Zetterij heeft in 2020 niet plaatsgevonden. Deze was wel geraamd. Daarnaast geldt dat het project vanwege een eigen grondpositie op taakveld 3.2 wordt verantwoord.

Belasting (nadeel € 80.000; neutraal met taakveld 4.2 onderwijshuisvesting)
Ten onrechte zijn alle belastingaanslagen voor de gebouwen van vastgoed verantwoord op programma 5. Een deel hiervan heeft betrekking op onderwijshuisvesting dat wordt verantwoord op programma 2. Het tekort van € 80.000 op dit taakveld is per saldo dus budgettair neutraal en wordt in de begroting 2021 e.v. hersteld.

3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur
Bouwgrondexploitaties (afwijkingen op lasten en/of baten van projecten, neutraal met balans)
Over- en onderbestedingen op geraamde jaarbudgetten voor inkomsten en uitgaven van projecten worden over het algemeen veroorzaakt door afwijkingen ten opzichte van de verwachte fasering per jaar. Deze afwijkingen hebben geen invloed op (de toereikendheid van) het projectbudget. Omdat hierdoor het resultaat op het jaarbudget wijzigt, muteert ook het bedrag dat op de balans wordt opgenomen. Voor de projecten is er in 2020 € 135.000 lagere lasten gerealiseerd. Aan de batenkant is er € 266.000 meer gerealiseerd.

De Loeten – hogere opbrengsten; neutraal met balans:
Er is in 2020 grond verkocht (€ 288.000 opbrengsten), waarvan de verkoop in latere jaren werd verwacht.

BTAZ  - minder kosten; neutraal met balans:
De boekwaarde (€ 146.000) van 2019 is overgeheveld naar het taakveld 8.1 omdat er sprake is van een ontwikkeling door derden. Daarnaast is het beschikbare budget van 2020 (€ 152.000) op dit taakveld niet besteed, maar eveneens op taakveld 8.1 opgenomen. Tezamen € 298.000

Stadshart – meer kosten, neutraal met balans:
De verwachting was dat het project Rembrandtstraat in 2020 in uitvoering zou gaan, echter heeft het project vertraging opgelopen, mede door Corona. En er is gekeken of het project in een gewijzigde vorm voortgezet kan worden. Hiervoor zijn extra plankosten (€ 108.000) gemaakt. De ruimtelijke procedure was al vrij ver gevorderd, deze kosten waren dus al gemaakt.

Zetterij  - hogere kosten; neutraal met balans:
De volledige kosten voor de werkzaamheden aan de kabels en leidingen waren in 2020 geraamd op het facilitaire deel (taakveld 8.1) van dit project. De daadwerkelijke uitgaven zijn verantwoord op taakveld 3.2 vanwege een eigen grondpositie. Hierdoor is sprake van een nadeel van € 111.000.

8.1 Ruimtelijke Ordening
Dit taakveld bevat enerzijds afwijkingen die afwikkelen met het rekeningresultaat en anderzijds neutrale faseringsverschillen.

A) Belangrijkste afwijkingen die afwikkelen met het rekeningresultaat (Nadeel van € 459.000)

Dotatie voorziening facilitaire projecten (nadeel € 439.000)
In totaal is een nadeel ontstaan van € 439.000 door verliesgevende facilitaire projecten. Het betreft een dotatie aan de voorziening facilitaire projecten voor o.a. de volgende projecten:

  • Amsteldijk Zuid 105, door vertraging en extra ambtelijke inzet worden hogere plankosten voorzien dan eerder verwacht.
  • NTC KNLTB, Hogere/extra plankosten veroorzaakt door langere looptijd van het project.
  • Horecapaviljoen Noordelijke Poeloever, extra/hogere plankosten dan verwacht.
  • Startbaan 8, Hogere/extra plankosten veroorzaakt door extra ambtelijke inzet tevens indexatie van de verwacht werkzaamheden(bouw- en woonrijpmaken).
  • Startbaan 16, Hogere/extra plankosten veroorzaakt door langere looptijd van het project.
  • Texelstraat 90, extra kosten voor het bouw- en woonrijp maken.

Projectorganisatie grote projecten (voordeel € 108.000)
De uitgaven van het budget voor de projectorganisatie grote projecten zijn € 108.000 lager dan geraamd. Het betreft een optelsom van een aantal ondergeschikte deelactiviteiten die in 2020 wel waren begroot, maar nog niet geheel of gedeeltelijk konden worden uitgevoerd door vertraging in de planvorming. De afwikkeling vindt plaats met de reserve "grote projecten" en de reserve "Stadshart". De onttrekking aan beide reserves samen is daardoor tevens € 108.000 lager.

Visies en onderzoeken (voordeel € 56.000)
De uitgaven van het budget visies en onderzoeken zijn € 56.000 lager dan geraamd. Het betreft een optelsom van een aantal projecten die in 2020 wel waren begroot, maar nog niet geheel of gedeeltelijk konden worden uitgevoerd.

Nutshub (voordeel € 77.000)
Het onderzoek naar de Nutshub heeft in 2020 nog niet plaatsgevonden. Medio 2021 wordt het onderzoek opgestart en zullen de uitgaven plaatsvinden. In het collegevoorstel bij deze jaarstukken wordt via het beslispunt budgetoverheveling voorgesteld het restantbudget van € 77.000 beschikbaar te houden voor uitgaven in 2021.

Hogere plankosten (nadeel € 261.000)
Voor het project Allemankwartier heeft de behandeling van een WOB verzoek tot kosten (€ 31.000) geleid.

Voor diverse overige projecten (Amsteldijk, Maalderij, Uilenstede, Zetteri, Startbaan) zijn extra plankosten gemaakt als gevolg van heronderhandelingen met ontwikkelaars, civieltechnische en omgevingsontwikkelingen en juridische procedures.

B) Afwijkingen toekomstige facilitaire projecten die afwikkelen met het rekeningresultaat (totaal nadeel € 239.000)

De grootste afwijking hierbij is de Groenelaan (nadeel € 222.000)
In 2020 was de verwachting het project Groenelaan af te ronden en af te sluiten. Voor de Groenelaan is de oplevering nu in 2021 verwacht. In 2020 is een verlies van € 153.000 ten laste van de getroffen voorziening genomen, terwijl de verliesraming € 375.000 was. Het restant verlies wordt nu afgewikkeld in boekjaar 2021.

C) Faseringsverschillen binnen facilitaire projecten (budgettair neutraal); € 465.000 minder uitgaven en opbrengsten

Legmeer
Het project Legmeer is een faciliterend project waarvoor in het verleden startkrediet beschikbaar is gesteld. In 2020 zijn er ruim € 550.000 aan kosten gemaakt, € 120.000 aan exploitatiebijdragen binnen gekomen en € 100.000 bijdrage MRA. Het netto saldo is derhalve € 330.000. In de begroting 2020 was € 330.000 voorzien.

Kronenburg
Het project Kronenburg is een nieuw faciliterend project waarvoor in 2019 een gebiedsvisie is vastgesteld en voorovereenkomsten zijn gesloten met de gebiedseigenaren. In 2020 is aan kosten gemaakt € 502.000, grotendeels plankosten. In 2020 is € 136.000 aan exploitatiebijdragen ontvangen, inclusief een bijdrage van de Metropoolregio Amsterdam.  

Voor de niet verhaalbare kosten uit 2019 is € 112.000 afgeboekt ten laste van het bij de Perspectiefnota 2021 beschikbaar gestelde budget.

De Loeten – lagere kosten en hogere opbrengsten; neutraal met balans:
Aanzienlijk minder kosten (€ 1.442.000) als gevolg van uitstel aanleg infrastructuur (weg en waterpartijen). Deze investeringen in het openbaar gebied zijn gerelateerd aan de algehele voortgang van het project. Die is vertraagd door enige andere onzekerheid in de markt. De aanleg van wegen en sloten is naar latere jaren verschoven. Ook werden er in 2020 meer opbrengsten uit exploitatiebijdragen verwacht (€ 545.000). Deze zijn, voor zover niet in 2020 gecontracteerd, naar latere jaren doorgeschoven.

Oostelijke Poeloever
In 2020 is een subsidie ontvangen van € 160.000, die bij het opstellen van het MPG nog onzeker was. Deze subsidie wordt deels (€ 142.000) doorbetaald aan de aan de initiatiefnemer in het gebied. Per het totale projectsaldo is onveranderd, nog steeds neutraal.

Scheg
In de Scheg zijn fors minder plankosten (€ 561.000) gerealiseerd, omdat zowel voor deelgebied West als Oost nog geen ontwerp bestemmingsplan in procedure is gebracht. Daarnaast is een opbrengst van € 105.000 gerealiseerd uit de ondertekende Allonge.

Startbaan 16
In 2020 is de anterieure overeenkomst ondertekend. Tegenover de overeengekomen exploitatiebijdragen (€ 342.000 opbrengst) staan € 351.000 aan gemaakte plankosten.

BTAZ
Taakveld 3.2 is leeggemaakt en overgeheveld naar taakveld 8.1 omdat er sprake is van een ontwikkeling door derden. Dit leidt tot een verschil van € 358.000 aan de kostenkant.

Aan de opbrengstenkant is een exploitatiebijdrage (€ 135.000) gerealiseerd uit de ondertekende voorovereenkomst voor de ontwikkeling van eigendom door derden in het plangebied BTAZ.

8.2 Grondexploitaties (niet bedrijventerreinen)
Omdat het resultaat van de bouwgrondexploitaties elk jaar op de balans wordt opgenomen, is het saldo van baten en lasten in evenwicht. De belangrijkste uitzondering op dit evenwicht van baten en lasten zijn winstnemingen (en het corrigeren van teveel genomen winsten). Voor 2020 is sprake van een nadeel op dit taakveld van € 1.780.000

Daarnaast worden over- en onderbestedingen op geraamde jaarbudgetten voor inkomsten en uitgaven van projecten over het algemeen veroorzaakt door afwijkingen ten opzichte van de verwachte fasering per jaar. Deze afwijkingen hebben geen invloed op het projectbudget. Omdat het resultaat op het jaarbudget wijzigt, muteert ook het bedrag dat op de balans wordt opgenomen. Voor de projecten is er in 2020 € 1.143.000 lagere lasten gerealiseerd. Aan baten is er € 68.000 meer gerealiseerd.

A) Afwijkingen m.b.t. bouwgrondexploitaties die afwikkelen met het rekeningresultaat (nadeel € 2.666.000)
Mutaties winstafdrachten bouwgrondexploitaties met invloed op het resultaat 2020 (€ 1.790.000) .

Hortensialaan (Hogere winstneming € 230.000)
De verwachting was aanwezig dat er diverse herstelwerkzaamheden zouden plaatsvinden aan de Duindoornlaan en de Hortensialaan. Na oplevering is geconstateerd dat beide straten nagenoeg geen schade hebben opgelopen bij de bouw van de 13 kavels. Van de geraamde kosten van € 358.000 is € 114.000 gebruikt. Het overige geraamde budget is hiermee vrijgevallen.

Hiermee is het project afgerond en wordt er € 230.000 meer resultaat genomen, dan was voorzien in het 2e tijdvak 2020. Het totale resultaat van het project komt op € 3,7 miljoen positief.

Middenwaard (lagere winstneming € 596.000)
Voor de winstneming in 2020 is, als gevolg van een wat langzamere uitgave van investeringen, het aandeel € 100.000 lager dan verwacht. Bij de tweede tijdvak rapportage was nog een verbetering van € 500.000 winstneming in 2020 verwacht, maar door de gewijzigde ontwikkelstrategie is de planning veranderd. Ten opzichte van de 2e tijdvak is de winstneming € 600.000 lager voor de jaarschijf 2020. Het totale projectsaldo van Middenwaard is verbeterd met € 200.000 door marktontwikkelingen.

WWZO (lagere winstneming € 184.000)
De fasering van de opbrengsten verschuift naar 2021 als gevolg van de langer durende planologische procedure dan verwacht (door beroepsprocedure). Hierdoor verschuift de winstneming ook mee met de opbrengsten. In de tweede tijdvakrapportage is hierover gerapporteerd. Bij de jaarrekening is aanvullend sprake van een fasering van € 184.000. Het project eindresultaat blijft op niveau.

Zonnestein (Lagere winstneming € 1,24 miljoen)
Bij de tweede tijdvak was reeds aangekondigd dat het resultaat op Zonnestein 64+66 verslechterde, omdat er was gerekend met m 2 bruto vloeroppervlak voor Zonnestein 66. Het contract gaat echter uit van m 2 gebruiksoppervlakte. In de 2e tijdvak is de grondexploitatie neerwaarts bijgesteld met € 1,6 miljoen waarvan € 1,1 betrekking had op jaarschijf 2020.

Bij de actualisatie van de grondexploitatie naar 2021 is de winstneming opnieuw doorgerekend met de POC methode. Deze actualisatie leidt ertoe dat de gehele winstneming verschuift naar het eindjaar 2021. De bij de 2e tijdvak verwachte winstneming van € 1,24 miljoen voor jaarschijf 2020 faseert hierdoor ook naar 2021.

Mutaties voor de voorziening met invloed op het resultaat 2020 (€ 876.000) .
Verliesvoorziening Lindenlaan (nadeel € 528.000)
Bij de vaststelling van het MPG in de raad van 1 juli 2020 is melding gemaakt van het treffen van een verliesvoorziening voor dit project, vanwege het maatschappelijk programma.

Verliesvoorziening Stadshart (nadeel € 348.000)
Voor de grondexploitatie Stadshart is een verliesvoorziening getroffen van € 348.000. De reden hiervoor is dat voorbereidingskosten voor de lopende projecten zijn opgenomen, maar nog niet de opbrengsten. Hierdoor ontstaat een tijdelijk tekort. Zodra opbrengsten zeker zijn gesteld in contracten kunnen deze worden opgenomen en kan de voorziening naar verwachting verlaagd worden.

B) Budgettair neutrale mutaties voor bouwgrondexploitaties (afwijkingen op lasten en/of baten van projecten, neutraal met balans)
Over- en onderbestedingen op geraamde jaarbudgetten voor inkomsten en uitgaven van projecten worden over het algemeen veroorzaakt door afwijkingen ten opzichte van de verwachte fasering per jaar. Deze afwijkingen hebben geen invloed op (de toereikendheid van) het projectbudget.

Omdat hierdoor het resultaat op het jaarbudget wijzigt, wijzigt ook het bedrag dat op de balans wordt opgenomen. De afwijking op de baten en lasten die betrekking hebben op de boeking naar de balans, bedraagt respectievelijk € 68.000 hogere baten en € 1,43 miljoen lagere lasten.

De afwijking op de baten en lasten zijn grotendeels te verklaren door ontwikkelingen binnen een vijftal grondexploitaties. Bij de overige projecten zijn geen begrotingsafwijkingen groter dan € 100.000. Hiermee worden de voornaamste verschillen toegelicht.

Hortensialaan (€ 230.000 minder kosten)
De verwachting was aanwezig dat er diverse herstelwerkzaamheden zouden plaatsvinden aan de Duindoornlaan en de Hortensialaan. Na oplevering is geconstateerd dat beide straten nagenoeg geen schade hebben opgelopen bij de bouw van de 13 kavels. Van de geraamde kosten van € 358.000 is € 114.000 uitgegeven.

MiddenWaard (€ 422.000 minder kosten)
De grondexploitatie heeft in 2020 minder kosten gemaakt dan geprognosticeerd. Reden hiervoor is dat was beoogd om deelgebieden 1 en 2 in 2020 via een tender aan een ontwikkelende partij te gunnen en te starten met de eerste werkzaamheden voor bouwrijp maken. In de 2e helft van 2020 is de planvorming opgepakt. Hierdoor is de helft aan plankosten gemaakt en is er nog geen start gemaakt met het bouwrijp maken van deelgebieden 1 en 2. Daarnaast was geprognosticeerd dat deelgebied 3 woonrijp gemaakt zou worden. Doordat er 1 kavel is teruggekomen van verkoop is hiermee nog niet gestart en wordt in 2021 deelgebied 3 tegelijkertijd met deelgebied 4 woonrijp gemaakt.   

WWZO (€ 220.000 minder kosten)
De start van het bouwrijp maken van de voorzieningenstrook is verschoven, als gevolg van de vertraagde planologische procedure, van 2020 naar 2021. Hiervoor zijn derhalve geen kosten gemaakt. De kosten zullen naar alle waarschijnlijkheid in 2021 worden gemaakt. De verwachting was dat het woonrijp maken van Fase 4 van Westwijk Zuid Oost in 2020 afgerond zou zijn. Echter dit blijkt niet het geval, waardoor de kosten doorschuiven naar 2021. Met name de kosten voor het woonrijp maken van de eilandwoningen, dat voorzien was in 2020 en doorschuift naar 2021, verklaart het (lager dan verwachte) realisatiecijfer 2020.

Lindenlaan 315-323 (€ 128.000 minder kosten)
Het afgelopen jaar zijn minder planproducten opgeleverd dan was verwacht. Er is in 2020 overleg geweest met initiatiefnemers, maar dit heeft nog niet geleid tot een intentieovereenkomst. Hierdoor zijn minder plankosten doorbelast waardoor er € 128.000 minder kosten zijn gemaakt.

Startbaan 18 (€ 123.000 minder kosten)
Er zijn geen planproducten gerealiseerd in 2020. Dit project in voorbereiding was afgelopen jaar geen prioriteit en er zijn slechts verkennende studies uitgewerkt naar de stedenbouwkundige mogelijkheden van de locatie.   

8.3 Wonen en bouwen
Dwangsommen (nadeel lasten € 60.000, voordeel baten € 107.000)
Het is beleid dat verbeurde dwangsommen in principe worden ingevorderd. Van de opgelegde dwangsommen in 2020 wordt € 60.000 als dubieus beschouwd en 100% voorzien in de voorziening dubieuze debiteuren. Gemotiveerde verzoeken tot verlaging van de dwangsom of de solvabiliteit van de overtreder zijn bijvoorbeeld redenen waarom invordering niet of slechts gedeeltelijk plaatsvindt.

Toezicht Omgevingsvergunningen( voordeel lasten € 468.000)
Bij grote projecten vanaf € 500.000 wordt op basis van een vastgestelde aanname een reservering gemaakt voor de te verwachten kosten met betrekking tot het noodzakelijke toezicht op die grote projecten inclusief de constructieve toets. Op basis van nacalculatie worden de projecten “afgerekend” nadat deze zijn afgerond. In 2020 valt een deel van de reservering vrij voor toezicht op basis van een actuele berekening.

Een aantal “oude” grote projecten (voor 2017) gaat nu van start en onduidelijk is of het toezicht uit de huidige reservering bekostigd kan worden. Deze grote projecten hebben een doorlooptijd van meerdere jaren. Bij opmaak van de rekening 2021 (of indien nodig eerder) wordt u geïnformeerd én om aanvullende middelen gevraagd als de reservering niet meer toereikend is door noodzakelijk toezicht op deze “oude” projecten.

Bij de invoering van de Omgevingswet wordt beoordeeld of de huidige systematiek voldoet en wellicht vereenvoudigd kan worden.

Deze pagina is gebouwd op 06/29/2021 13:59:39 met de export van 06/29/2021 13:51:28