3 Paragrafen

3.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Algemene uitkering gemeentefonds

Met een omvang van ruim € 100 miljoen is de uitkering gemeentefonds verreweg het belangrijkste structurele algemene dekkingsmiddel van de gemeente. De hoogte en ontwikkeling van het uitkering gemeentefonds wordt bepaald via de Rijksbegroting en is voor gemeenten niet beïnvloedbaar.

Najaar 2017 is het Kabinet Rutte III aangetreden met als basis het Regeerakkoord 2017-2021 “Vertrouwen in de toekomst”. Dit Regeerakkoord handhaaft de trap-op-trap-af systematiek. Dit betekent, dat de omvang van het gemeentefonds "meebeweegt" met de ontwikkeling van de Rijksuitgaven. Met ingang van 2019 maken ook de Rijksuitgaven voor Zorg en Sociale Zekerheid onderdeel uit van deze koppeling. Tegelijkertijd moeten gemeenten uit de groei van het gemeentefonds ook de (autonome) groei van hun eigen zorguitgaven (Wmo en Jeugd) opvangen.

Met dank aan gunstige economische prognoses was in eerste instantie sprake van stevige groeicijfers voor het gemeentefonds waaruit gemeenten geacht worden  mee te betalen aan bestaande tekorten/pijnpunten in het sociaal domein en aan nieuwe maatschappelijke opgaven, met name Duurzaamheid. Dit naast het reguliere loon- en prijsstijgingen en een tot en 2025 oplopende opschalingskorting.

In de laatste circulaires kalven de groeicijfers steeds verder af, onder meer door onderuitputting op de Rijksbegroting, het verdampen van de ruimte in achterliggende jaren onder het BCF-plafond en het steeds verder dichtdraaien van de gaskraan.

Naast de omvang van het gemeentefonds is ook de verdeling van belang. De actuele bovengemiddelde stijging van de woningprijzen in de lokale woningmarkt zorgt voor forse nadelige herverdeeleffecten op de Amstelveense algemene uitkering.

Deze pagina is gebouwd op 06/29/2021 13:59:39 met de export van 06/29/2021 13:51:28